Wat is het ipcc?

Het IPCC, kort voor Intergovernmental Panel on Climate Change, wordt vaak genoemd in discussies over klimaatverandering. Deze wetenschappelijke organisatie, is in 1988 opgericht door het United Nations Environment Programme (UNEP) en de World Meteorological Organization (WMO). Datzelfde jaar ondersteunde de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties de oprichting. Bij aanvang was het doel om via drie werkgroepen (‘WG’) en op basis van de beschikbare wetenschappelijke literatuur de stand van zaken te geven over de wetenschap van klimaatverandering (WG I); de socio-economische gevolgen (WG II); en mogelijke antwoorden (response strategies) op deze veranderingen (WG III). Tegenwoordig is de rol van het IPCC iets anders geformuleerd, maar de werkgroepen zijn er nog steeds:

“…to assess on a comprehensive, objective, open and transparent basis the scientific, technical and socio-economic information relevant to understanding the scientific basis of risk of human-induced climate change, its potential impacts and options for adaptation and mitigation. IPCC reports should be neutral with respect to policy, although they may need to deal objectively with scientific, technical and socio-economic factors relevant to the application of particular policies.

RAPPORTEN

Zo’n overzicht van de wetenschappelijke literatuur, waarin alle beschikbare kennis gewikt en gewogen wordt en wat als doel heeft beleid te informeren (policy-informing) en niet voor te schrijven (policy-prescriptive) wordt een ‘assessment‘ genoemd. De rapporten die om de 5 jaar verschijnen (de eerste verscheen in 1990) heten dan ook ‘Assesment Reports‘ (‘AR’). Verspreid over 2013 en 2014 verschenen de verschillende rapporten van AR5, het vijfde assessment report. Het IPCC doet hiervoor zelf geen onderzoek maar schrijft de rapporten op basis van al bestaande en meest recente wetenschappelijke onderzoeken. Het IPCC is er dus om als onafhankelijke organisatie alle klimaatwetenschappelijke publicaties te beoordelen en er conclusies aan te verbinden. Het presenteren van de bevindingen van het IPCC als slechts één mening geeft daarom een vertekend beeld. De bevindingen zoals neergelegd in de rapporten van het IPCC zijn een weergave van alle beschikbare kennis over het klimaat; de ultieme samenvatting. Het is vervolgens niet aan het IPCC maar aan de lidstaten zelf om iets met die informatie te doen.

Duizenden wetenschappers van over de hele wereld en van alle relevante disciplines zijn bij het uitgebreide proces van rapporten schrijven betrokken. Dat doen ze geheel vrijwillig; ze krijgen er niet voor betaald. Het schrijven is een lang proces met meerdere review-rondes, waarin externe experts en de nationale overheden de rapporten uitgebreid checken en van commentaar voorzien. Om een idee te geven van de hoeveelheid aan expertise en precisie van zo’n IPCC klimaatrapport: aan alleen al het eerste deel van het meest recente rapport is jarenlang geschreven door 259 van de beste specialisten (maar liefst 977 auteurs wilden meeschrijven). Het team verwerkte in totaal 54.677 commentaren van 38 overheden en 1089 experts. Het uiteindelijke rapport beslaat 1535 pagina’s, en elke tekstregel van de samenvatting voor beleidsmakers (Summary for Policymakers, SPM) is goedgekeurd door 195 overheden die lid zijn van het IPCC ( – het IPCC is intergovernmental, wat betekent dat alle landen die lid zijn van de VN en de WMO lid mogen worden).

EERDER TE VOORZICHTIG DAN ALARMISTISCH

De SPM is overigens weliswaar een samenvatting voor beleidsmakers, maar ook die is geschreven door de wetenschappers. De tekst moet regel voor regel door alle nationale overheden goedgekeurd worden. Als er in dat proces iets in de SPM-tekst ontstaat wat wetenschappelijk niet klopt met wat in de onderliggende hoofdstukken is geschreven, kunnen de wetenschappers hun vetorecht uitoefenen om de wetenschappelijke kwaliteit te waarborgen. Toch vinden sommigen (inclusief wetenschappers) dat deze werkwijze tot afzwakking van de conclusies leidt, met name door de review door nationale overheden. Het IPCC is dus in haar bewoordingen eerder te voorzichtig dan alarmistisch.
Ondanks de uitgebreide werkwijze met alle ruimte voor feedback komt er wel eens commentaar op de rapporten en werkwijze van het IPCC. Daarom is het de afgelopen jaren aan uitgebreide evaluaties onderworpen: wat gaat goed, wat kan beter? Zo werd in 2011 het beleid aangescherpt en toetsten andere partijen het werk van het IPCC. De conclusies bleven ook na al die evaluaties overeind.